Werkgeversfaciliteiten 2011

Werkgeversfaciliteiten 2011

De exacte gegevens 2011 voor onder meer de nieuwe werkkostenregeling en de bestaande regeling vrije vergoedingen en verstrekkingen zijn bekend.
 

Afdrachtverminderingen

Binnen een kalenderjaar mag de werkgever voor maximaal drie perioden van minstens drie kalendermaanden en maximaal zes kalendermaanden een aanvraag voor een S&O-verklaring bij Agentschap NL indienen. Een verklaring voor een heel jaar wordt alleen onder bepaalde voorwaarden afgegeven. Voor 2011 is de S&O-faciliteit – net als in 2010 – incidenteel extra verruimd.
 

Kleinebanenregeling

De kleinebanenregeling regelt dat voor werknemers jonger dan 23 jaar met een kleine baan geen premies werknemersverzekeringen hoeven te worden betaald. Ook de inkomensafhankelijke bijdrage wordt op nul gesteld, waardoor de werkgever die ook niet hoeft te vergoeden. Van een kleine baan is sprake als afhankelijk van de leeftijd niet meer dan een bepaald loon wordt betaald (zie onderstaande tabel). Loonheffing moet nog wel worden ingehouden.
Tabel Kleinebanenregeling
leeftijd loon maximaal per maand
< 18 jr € 275
18 jr € 325
19 jr € 375
20 jr € 425
21 jr € 500
22 jr € 600

Stamrechtbanksparen

Sinds 1 januari 2010 kan een (ex-)werknemer er ook voor kiezen om een ontvangen ontslagvergoeding om te zetten in stamrechtbanksparen. De voor gederfd of te derven loon ontvangen bedragen kunnen vrij van loonheffing worden overgemaakt naar een stamrechtspaarrekening of een stamrechtbeleggingsrekening. Het tegoed van deze rekeningen, respectievelijk de waarde van deze rechten, kan onder voorwaarden worden uitgekeerd in termijnen of worden aangewend ter verkrijging van producten die onder de huidige stamrechtvrijstelling vallen. De uitkeringen zijn te zijner tijd belast.

Werkkostenregeling

Per 1 januari 2011 wordt een nieuwe regeling ingevoerd: de werkkostenregeling. Bij deze regeling is het mogelijk om, naast een aantal gerichte vrijstellingen, maximaal 1,4% van het totale fiscale loon – de zogenoemde vrije ruimte – worden besteed aan onbelaste vergoedingen en verstrekkingen voor werknemers. Over het bedrag boven de vrije ruimte – en afgezien van de gerichte vrijstellingen – moet de werkgever loonbelasting betalen in de vorm van een (gebruteerde) eindheffing van 80%.
­
De werkkostenregeling komt in de plaats van de huidige regels voor vrije vergoedingen en verstrekkingen. Tot en met 2013 mag elk jaar worden gekozen voor de werkkostenregeling of voor de ‘oude’ regels voor vrije vergoedingen en verstrekkingen. Na 2013 geldt de werkkostenregeling voor alle werkgevers.

Gerichte vrijstellingen

Bepaalde vergoedingen en verstrekkingen kunnen onbelast worden vergoed en verstrekt zonder dat dit ten koste gaat van de vrije ruimte. Dit geldt onder meer voor:
  • vervoer en reiskosten:
    • abonnementen voor reizen met openbaar vervoer;
    • kostenvergoedingen voor zakelijke reizen en woon-werkverkeer met openbaar vervoer of eigen vervoer van maximaal € 0,19 per km, ook voor de fiets, elektrische fiets of scooter;
    • losse kaartjes voor zakelijke reizen met openbaar vervoer.
  • kosten van tijdelijk verblijf in het kader van de dienstbetrekking;
  • maaltijden als gevolg van overwerk, koopavonden, dienstreizen en dergelijke;
  • bijscholing, cursussen, congressen, vakliteratuur, training en dergelijke, voor zover ze van belang zijn voor de werknemer (waaronder ook de kosten van inschrijving in een beroepsregister);
  • outplacement;
  • studie- en opleidingskosten;
  • procedures tot erkenning van verworven competenties (de zogenoemde EVC-procedures);
  • verhuiskosten;
  • extraterritoriale kosten.
Voor de volgende soorten loon in natura geldt een nihilwaardering:
  • voorzieningen op de werkplek, zoals bedrijfsfitness, gereedschappen, de vaste computer, het kopieerapparaat en de vaste telefoon;
  • arbovoorzieningen;
  • consumpties op de werkplek die geen deel uitmaken van de maaltijd;
  • te beschikking gestelde kleding die (bijna) uitsluitend geschikt is om tijdens het werk te dragen, zoals uniformen en overalls, werkkleding die op het werk achterblijft en ter beschikking gestelde werkkleding met een logo van ten minste 70 cm2 per kledingstuk;
  • de renteloze personeelslening als een werknemer daarmee een fiets, elektrische fiets of elektrische scooter koopt (ook binnen cafetariaregelingen);
  • de kosten en het rentevoordeel van een personeelslening voor de eigen woning van een werknemer als deze zonder nihilwaardering aftrekbaar zouden zijn in de inkomstenbelasting;
  • een ter beschikking gestelde mobiele telefoon, blackberry of smartphone als het zakelijke gebruik meer dan 10% is;
  • ter beschikking gestelde hulpmiddelen, waaronder computers en dergelijke apparatuur, gereedschappen en toebehoren, die de werknemer ook ergens anders dan op de werkplek kan gebruiken, mits het zakelijk gebruik 90% of meer bedraagt;
  • de ov-jaarkaart en voordeelurenkaart als de werknemer deze ook voor het werk gebruikt;
  • niet-permanente huisvesting op de werkplek, waarbij het redelijkerwijs niet mogelijk is niet op de werkplek te overnachten, bijvoorbeeld aan boord van zeeschepen of bij parate diensten in een brandweerkazerne.
Voor sommige loonsoorten in natura geldt een andere waardering:
* voor maaltijden op de werkplek € 2,90;
* voor huisvesting en inwoning op de werkplek € 5 per dag.
Deze waardering komt te vervallen als de werknemer zich voor zijn werk redelijkerwijs niet aan deze voorziening kan onttrekken.

Bestaande regeling vrije vergoedingen en verstrekkingen

Wanneer niet wordt gekozen voor de werkkostenregeling, blijft de bestaande regeling voor vrije vergoedingen en verstrekkingen bestaan. Daaronder ook de volgende.

Geschenkenregeling

De werkgever mag 20% eindheffing toepassen over geschenken in natura aan een werknemer, voor zover de waarde in het economische verkeer niet meer bedraagt dan € 70 per kalenderjaar.

Fietsregeling

De werkgever kan eens per drie jaren de aanschafkosten van een fiets van de werknemer tot een bedrag van € 749 onbelast vergoeden als de werknemer voor woon-werkverkeer gebruik maakt van de fiets. Voor met de fiets samenhangende zaken mag de werkgever zijn werknemer maximaal € 82 per kalenderjaar vergoeden en verstrekken.

Personeelsleningen

In 2011 is geen sprake van een te belasten rentevoordeel als de werknemer ten minste 2,5% rente betaalt over het geleende bedrag.

Levensloopregeling

Werknemers hebben bij opname uit de levensloopregeling recht op de levensloopverlofkorting. De korting bedraagt maximaal € 201 per gespaard kalenderjaar. Werknemers die op 1 januari 2011 61 jaar of ouder zijn, hebben geen recht meer op de arbeidskorting, de aanvullende alleenstaande-ouderkorting en de doorwerkbonus voor het uit de levensloopregeling opgenomen bedrag.

Pseudo-eindheffing backservice voor hoge inkomens

Sinds 1 januari 2010 is de werkgever een pseudo-eindheffing verschuldigd als er sprake is van backservice bij een pensioenopbouw op basis van een eindloonstelsel. De regeling geldt alleen als het pensioengevend loon meer bedraagt dan € 519.000. De pseudo-eindheffing bedraagt 15% van de forfaitaire waarde van de backserviceaanspraak. Ze wordt alleen toegepast bij een salarisstijging bij dezelfde werkgever of als er een salarissprong ontstaat bij de overstap naar een nieuwe werkgever. Er wordt geheven over het verschil tussen het nieuwe en het oude pensioengevende loon, vermenigvuldigd met een factor 4.
­
De heffing vindt plaats naast de reguliere loonheffing voor de betrokken werknemer.

Versoepeling gebruikelijkloonregeling

Om de positie van de dga te verbeteren, is de gebruikelijkloonregeling sinds 1 januari 2010 versoepeld. De regeling is niet langer van toepassing als het gebruikelijk loon niet hoger is dan € 5000 per jaar. Voor deze situaties hoeft geen loonadministratie te worden bijgehouden, tenzij de bv feitelijk het loon betaalt. De grens van € 5000 geldt per concern, niet per bv.

Vereenvoudigde aangifte loonheffingen voor dga’s

Een bv met uitsluitend een of meer dga’s krijgt de mogelijkheid om eenmaal per jaar, en wel in januari, aangifte te doen. Aan de vereenvoudigde aangifte loonheffingen zijn twee voorwaarden verbonden:

  • in het bedrijf is behalve een of meer dga’s geen ander personeel werkzaam;
  • de dga’s zijn niet verzekerd voor de werknemersverzekeringen.
[ Bron: Vakblad voor de MKB-Adviseur (Kluwer) ]

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s